Tag: Organisatie

De taal van Het Nieuwe Normaal

O3 – Samen versnellen naar HNN
Als we circulair bouwen als Het Nieuwe Normaal willen gaan zien, moeten er eerst goede afspraken worden gemaakt en uitgangspunten worden bepaald. Wat is circulair bouwen, welke prestaties streven we na? Voor effectieve emissiereductie moeten opdrachtgevers en -nemers in de bouw eerst dezelfde taal spreken.

‘Het Nieuwe Normaal is een nieuwe, breed gedragen standaard met haalbare én ambitieuze prestaties op het gebied van circulair bouwen’, legt Merlijn Blok uit. Als Sustainability Consultant bij Metabolic heeft Blok zich de afgelopen jaren gespecialiseerd in duurzaam en circulair bouwen. Daarin heeft binnen Het Nieuwe Normaal al de nodige standaardisatie plaatsgevonden, met steeds scherpere prestatie-indicatoren voor bijvoorbeeld materiaalgebruik, losmaakbaarheid, en de milieu-impact van materialen. Er zijn diverse initiatieven opgekomen om circulair bouwen meetbaar te maken, zoals dat van CB’23.
Blok: ‘Vanuit Het Nieuwe Normaal sluiten we zo veel mogelijk aan bij de bestaande methodieken en instrumenten. Waar ze nog ontbreken, ontwikkelen we die. Dit project heeft een heel duidelijk doel: hoe kunnen we van ambities naar opgaven gaan? En hoe kunnen we van houdbare en schaalbare circulaire prestaties Het Nieuwe Normaal maken?’

Circulair impact maken

Binnen het deelproject zijn zes opdrachtgevers en zes opdrachtnemers uit de Nederlandse bouw verenigd, om tot een marktgedragen aanpak te komen voor circulair bouwen. ‘De centrale vraag is: welke impact kun je daarmee bereiken’, stelt Toni Kuhlmann, projectleider bij Metabolic voor Het Nieuwe Normaal. ‘Het doel is bouwen binnen de grenzen van de planeet. Dan hebben we het natuurlijk over Paris Proof, maar stikstof hoort daar ook bij. Het doel is om te komen tot schaalbare prestatieniveaus. Hoe kun je de markt echt helpen? Als je een nieuw gebouw gaat realiseren als aannemer of opdrachtgever, wat is dan een haalbaar ambitieniveau? Hoe ver kun je gaan in circulariteit?’

Bouwhubs voor de ‘last mile’

Wat het project concreet oplevert, is een raamwerk waarbinnen gebouwen, maar ook gebieden en infrastructuur worden geëvalueerd op basis van duurzaamheid en circulariteit. ‘Aan de hand van vragenlijsten en prestatie-indicatoren worden uiteindelijk meer dan 500 projecten geëvalueerd’, legt Kuhlmann uit. ‘We willen naast CO2 ook specifiek de impact van circulair bouwen op de stikstofuitstoot bekijken. Op projectniveau evalueren we daarom wat de stikstofdepositie is geweest, en welke maatregelen hebben bijgedragen aan stikstofreductie.’
Blok vult aan: ‘Doordat je modulair en prefab gaat bouwen, doordat je emissies in de fabriek beter onder controle hebt, of doordat je elektrisch materieel inzet. Op de bouwplaats of in de logistiek. Zo kunnen bouwhubs de emissies tijdens de ‘last mile’ een stuk verlagen. Dat zijn specifieke maatregelen die we uitvragen om inzicht te krijgen.’

Waardevol puzzelstuk

De eerste reacties van deelnemers aan het deelproject zijn positief. ‘Met name opdrachtgevers vinden het prettig dat het raamwerk hen praktische handvatten biedt’, merkt Blok. ‘Om te bepalen wat circulair bouwen nou eigenlijk is, en welk ambitieniveau ze moeten hanteren bij een uitvraag. Het is een waardevol puzzelstuk om circulair bouwen te versnellen.’
Eind dit jaar wordt de eerste versie van het raamwerk opgeleverd, maar dat is pas het begin. Prestatieniveaus zullen zich blijven ontwikkelen.
Minstens zo belangrijk voor het ontwikkelen van een standaard is een breed draagvlak, weet ook Kuhlmann. ‘Bij de presentatie van de 1.0-versie van het raamwerk op 7 december kunnen partijen zich aansluiten bij Het Nieuwe Normaal. Door het tekenen van een manifest committeren ze zich aan Het Nieuwe Normaal en krijgen ze van ons alle tools om ermee aan de slag te gaan.’

‘Hoe kunnen we van houdbare en schaalbare circulaire prestaties Het Nieuwe Normaal maken?

Partners

  • ALBA Concepts
  • Copper8
  • Metabolic
  • Cirkelstad
  • Technische Universiteit Delft
  • Witteveen + Bos Raadgevende ingenieurs

Resultaten

In december 2023 wordt de 1.0-versie van het raamwerk voor Het Nieuwe Normaal opgeleverd, met breed gedragen prestatieniveaus die meegenomen kunnen worden in het proces van aanbesteding. Voor het evalueren van projecten is een gestructureerde vragenlijst opgesteld en omgezet in een online module. Er is een integrale indicator ontwikkeld om stikstof in alle aspecten en alle soorten bouwproject mee te nemen. Het opstellen van de indicator leidt tot kennis en bewustzijn voor opdrachtgevers en opdrachtnemers die gebruikmaken van of hulp zoeken in Het Nieuwe Normaal. Geïnteresseerde partners die met HNN aan de slag willen, kunnen zich inschrijven voor het manifest.

 

Toolbox geeft inzicht in effect emissiereducerende maatregelen

O2 – Toolbox emissiereductie bouw
Hoe verlaag ik de stikstofuitstoot van mijn bouwprojecten? Met een eenvoudig rekenmodel kunnen aannemers en opdrachtgevers straks al in een vroeg stadium stikstofemissies én stikstofbesparingen berekenen.

De forse stikstofreductie die noodzakelijk is om de bouw vlot te trekken, vergt een duidelijk inzicht in wat die emissies veroorzaakt. En dat vraagt om één gestandaardiseerde wijze om emissies in te schatten en te berekenen. Daarnaast is er keuze uit veel maatregelen om de uitstoot terug te dringen. Oftewel: welke ingreep levert de grootste besparing op? Inzichten die nu nog grotendeels ontbreken in de bouw, constateert Siem van Merrienboer, logistiek consultant bij TNO en de inhoudelijke expert van dit deelproject. “We merkten dat er nauwelijks betrouwbare data of gestandaardiseerde rekenmethodes waren om de emissies veroorzaakt door het bouwtransport en de inzet van bouwmachines op een bouwplaats te bepalen.”

Meer knoppen om aan te draaien

Daar moet de nieuw ontwikkelde, praktische rekentool in voorzien. Aannemers en opdrachtgevers kunnen hiermee al in een pril stadium van een bouwproject de emissie inschatten. Ze zien wat de grootste drivers zijn en welke emissiebesparende er maatregelen mogelijk zijn.
“Voor dit project hebben we onze kennis van logistiek en transport, gecombineerd met onze ervaringen op het gebied van alternatieve bouwmethoden en duurzame bouwmaterialen”, legt Van Merrienboer uit.
De rekentool is gebaseerd op een eerder ontwikkeld emissiemodel voor bouwlogistiek (zie daarvoor: noxestimator.nl). “Daarmee was de uitstootinschatting redelijk eenvoudig te bepalen op basis van een paar kenmerken van het bouwproject en vele aannames. Het aantal ‘knoppen’ waaraan je kon draaien was echter beperkt. Met de nieuwe tool geven we aan waar de grootste drivers van emissies zitten. Daarmee geven we richting aan welke maatregelen het meeste effect genereren. Denk aan keuzes in bouwmachines, bouwmethodiek en logistiek.” De tool is primair gericht op woningbouw, maar ook voor infrastructuur (GWW) en utiliteitsbouw geeft de tool inzicht in de emissies.

Stapsgewijs verfijnen

Een belangrijk voordeel is dat er ook met minimale input al een redelijk betrouwbare emissieschatting ontstaat, die je stapsgewijs kunt verfijnen. Bijvoorbeeld door precies aan te geven hoeveel bouwmateriaal je gaat vervoeren, of het type machines dat je gaat gebruiken. De tool laat ook de impact van bouwhubs zien. Daarmee kun je met name het transport over de laatste kilometers efficiënter organiseren, vertelt Van Merrienboer. “Op basis van onze eerdere ervaringen blijken bouwhubs vooral van toegevoegde waarde in de afbouwfase, waarin veel inefficiënte transporten plaatsvinden en de ketenregie uitdagend is. Dan heb je het over de laatste 20 procent van het totale bouwtransport. Met een bouwhub bespaar je daar zo’n 70 procent emissies. Op het totale bouwproject is dat dan zo’n 15 procent.”

Scherpere kengetallen

Van Merrienboer, die zelf uit de logistiek komt, leerde door de samenwerking met de bouwspecialisten van TNO vooral veel over de impact op logistiek van de verschillende bouwmethodes. “Om woningen vrijwel volledig prefab in de fabriek te produceren en vervolgens in delen naar de bouwplaats te transporteren, vraagt om een andere logistieke benadering. Wat ik bij dit project ook heb geleerd is dat standaardisatie in de manier waarop we emissies berekenen, veel kan brengen voor de bouw. Ik zie nu nog heel veel onbekendheid op gebied van emissiegetallen en een gebrek aan data voor de kengetallen in het rekenmodel. Mijn hoop is natuurlijk dat de rekentool veel gebruikt gaat worden. Daarom is het ook een publieke tool. Hierdoor worden die kengetallen steeds scherper en de schattingen nauwkeuriger.”

‘Standaardisatie in de manier waarop we emissies berekenen kan veel brengen voor de bouw’

Partner

TNO

Resultaten

Dit project levert een eerste opzet op van een online rekentool. Daarmee kan het totaaleffect op emissies worden bepaald van verschillende emissie-reductiemaatregelen gericht op bouwmethodes, bouwmachines en bouwlogistiek. Deze tool geeft de bouwsector heldere inzichten in de stikstofuitstoot van bouwtransport en de inzet van bouwmachines op bouwprojecten. Door de impact op emissies inzichtelijk te maken, kunnen aannemers en opdrachtgevers in een vroeg stadium optimale keuzes maken ten aanzien van besparende maatregelen.

Bouwen binnen de grenzen van onze planeet

O1 – Materiaalvraag woningbouw
Ons land staat voor een forse bouwopgave met daarbij voor 2030 ambitieuze emissiereducties. De doelen zijn helder, maar de veranderpaden allerminst. Vier toonaangevende adviesbureaus verkenden welke verduurzamingsroutes reëel zijn als we onze woningbouwvraag willen realiseren binnen de grenzen van onze planeet.

‘In de duurzaamheidsambities gaat het bijna altijd over de einddoelen en reductiepercentages. Maar wat in mijn ogen ontbreekt is een goed beeld van de toekomst, inclusief veranderpaden hoe we daar moeten komen.’ Aan het woord is Sybren Bosch, adviseur bij Copper8, dat samen met Metabolic, NIBE en Alba Concepts de krachten bundelde voor een alternatieve verkenning van de duurzame toekomst van de bouw. Bosch: ‘We wilden een totaalverkenning maken: wat is de totale materiaalvraag, CO2-uitstoot en milieu-impact van de woningbouwopgave tot en met 2030? En hoe gaan we ervoor zorgen dat we in de buurt komen van de klimaatdoelen? Daarbij hebben we naar de cumulatieve uitstoot en reductie gekeken en ook voor het eerst het CO2-budgetdenken binnen een sector geïntroduceerd.’

Forse bijdrage beton

Bij de verkenning is allereerst de impact van bouwen conform business-as-usual bepaald. Als er niets verandert, nemen de materiaalvraag en milieu-impact van de bouw verder toe. Zo leidt de woningbouwopgave tot een totale materiaalvraag van 104 Mton: alsof je op iedere Nederlandse vierkante meter 2,5 kilo neerlegt. Gewapend beton heeft daarbij het grootste aandeel, zowel qua massa (67%) als qua CO2-uitstoot (45%). Beton wordt gevolgd door steenachtige materialen als bakstenen en keramiek, en op basis van de bredere milieu-impact hebben ook installaties een significant aandeel.

Zes circulaire scenario’s

Gelukkig zijn er ook alternatieve, circulaire scenario’s die de milieu-impact flink kunnen verlagen, schetst Bosch. ‘Door de bestaande woningvoorraad beter te benutten, kun je tot en met 2030 zo’n 50.000 woningen realiseren zonder bouwkundige ingrepen. Nog eens 100.000 woningen kun je realiseren door het optoppen en transformeren van de bestaande gebouwvoorraad. Je kunt kleiner bouwen, meer appartementen in plaats van grondgebonden woningen. Ook met hoogwaardig hergebruik van materialen en biobased bouwen bespaar je fors. De industriële productie van woningen kan een versneller zijn van deze veranderpaden. Deze mogelijke strategieën leiden gecombineerd tot een veranderscenario, dat de CO2-uitstoot van de bouw tot en met 2030 met 33% kan verminderen.’

CO2-filosofie ook voor stikstof

Omdat de focus in eerste instantie op materiaal- en CO2-reductie lag, onderzochten Bosch en zijn collega’s of ze de CO2-benadering ook op stikstof konden toepassen. ‘Dat bleek lastiger dan gedacht, om meerdere redenen. Zo is er simpelweg weinig data over de daadwerkelijke uitstoot voorhanden, en werken de natuurlijke stikstofcycli anders dan de koolstofcycli. Ondanks dat de basis onvoldoende sterk bleek om een specifiek stikstofbudget te bepalen, is de filosofie ook op stikstof toepasbaar.’

‘Onze gemeenschappelijk wens is om met minimale impact in onze woonbehoefte te voorzien’

Kennisniveau moet snel omhoog

Wat is er nu nodig voor implementatie? Bosch: ‘Stap één is begrip. Dat we binnen de bouw snappen waardoor de CO2- en stikstofuitstoot veroorzaakt wordt, en hoe we er wat aan kunnen doen. Dat kennisniveau moet snel omhoog, ook om de besluiten die nodig zijn voor uitstootreductie goed te kunnen beargumenteren. In het verhogen van dat kennisniveau hebben wij als adviesbureaus een belangrijke taak.
Daarbij is de circulaire economie geen doel op zich, maar een middel om te zorgen dat we op een houdbare manier met onze planeet omgaan. Onze gemeenschappelijk wens is om met minimale impact in onze woonbehoefte te voorzien. Maar hoe krijgen we dat voor elkaar? Wij weten het exacte antwoord ook niet, maar willen er met deze verkenning wel een bijdrage aan leveren.’

Partners

  • Copper8
  • Metabolic
  • NIBE
  • Alba Concepts

Resultaten

Met deze verkenning is het CO2-budgetdenken geïntroduceerd en wordt inzicht gegeven in de effectiviteit van verschillende circulaire strategieën voor de woningbouw en een systemisch perspectief op de benodigde veranderingen. De conclusies uit deze verkenning geven een indicatie van de verbetering die mogelijk is in CO2 en overige milieu-impact als deze duurzame strategieën worden toegepast. Voor het kwantificeren van de stikstofuitstoot is een denkkader en indicatieve doorrekening ontwikkeld om richting te geven aan de uitstootreductie.

 

Voorzitters Programma-adviesraden bekend

Graag stellen wij de voorzitters aan je voor van de Programma-adviesraden (PAR) van onze drie programma’s (van links naar rechts):

Elk programma wordt in 2022 verder ingevuld in samenspraak met de PAR.

Podcast over TKI Bouw en Techniek

Met de komst van TKI Bouw en Techniek komt meer geld en menskracht beschikbaar voor het ondersteunen van bedrijven bij het innovatieproces. Welke rol speelt TKI Bouw en Techniek als het gaat om kennis- en innovatieontwikkeling? Hoe kunnen marktpartijen zoals BAM hun voordeel halen uit strategische en langdurige samenwerkingen in de vorm van consortia? MT-lid Richard Mulder ging erover in gesprek met Tom Jongen van BAM Specials in de Koninklijke Bouwend Nederland podcast ‘De Bouw maakt het!’.

Richard: “Innovatie draait niet alleen om producten, maar ook om processen inrichten en samenwerkingen vormgeven. Een innovatie-ecosysteem is een organisch proces van continu innoveren. Wij zorgen er ook voor dat innovaties hun weg vinden in het onderwijs.”

Tom: “Het is belangrijk om schaalbaarheid te creëren en niet alleen op projectniveau te innoveren.”

Beluister hier de podcast ‘TKI Bouw en Techniek werkt als innovatiemakelaar zonder courtage’.

TKI Bouw en Techniek zoekt directeur

Ben jij gedreven om de topuitdagingen in de ontwerp-, bouw- en technieksector aan te pakken? Heb je aantoonbare ervaring met innovatie en het opzetten van programma’s om dit te stimuleren? En ben jij dé aangewezen persoon om een organisatie op te zetten en in te richten? Dan zoeken we jou als onze nieuwe directeur!

Klimaatadaptief en natuurinclusief bouwen, realisatie van 1 miljoen nieuwbouwwoningen, vervangen en renoveren van tienduizenden bruggen, viaducten en tunnels en reduceren van gebruik van primaire grondstoffen in de bouw: dit zijn topuitdagingen waarvoor innovatieve oplossingen nodig zijn. Op 1 juli jl. is TKI Bouw en Techniek opgericht. Dit Topconsortium voor Kennis en Innovatie zet zich maximaal in om de innovaties voor deze uitdagingen tot stand te brengen.

Lees de vacaturebeschrijving en stuur vóór 1 september jouw motivatie naar nathalie.vandalen@tki-bouwentechniek.nl en richard.mulder@tki-bouwentechniek.nl. Wie weet sta jij straks aan het roer van TKI Bouw en Techniek!

BTIC omgedoopt tot TKI Bouw en Techniek

Het Bouw en Techniek Innovatiecentrum (BTIC) is per 1 juli 2022 omgedoopt tot TKI Bouw en Techniek. Binnen het Thema Energie & Duurzaamheid is hiermee een serieuze plek verkregen in het nationale missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid. Als Topconsortium voor Kennis en Innovatie (TKI) heeft de organisatie meer slagkracht voor het aanjagen van innovatie in de ontwerp-, bouw- en technieksector. TKI Bouw en Techniek richt zich daarbij specifiek op circulair bouwen, levensduurverlenging, klimaatadaptief, natuurinclusief en omgevingsbewust bouwen. TKI Bouw en Techniek gaat samen met TKI Urban Energy, in elkaar aanvullende werkgebieden, een snelle transitie naar een CO2-vrije en toekomstbestendige gebouwde omgeving mogelijk maken.

Tijdens de live streaming talkshow BTIC Talks is de nieuwe naam gelanceerd. Doekle Terpstra, voorzitter van het dagelijks bestuur van TKI Bouw en Techniek: “Ik ben er trots op dat innovatie en opschaling in de gebouwde omgeving structureel geborgd wordt. Het innovatie-ecosysteem dat het BTIC heeft opgezet voor de ontwerp-, bouw- en technieksector kunnen we nog beter vormgeven omdat we als TKI over een eigen gereedschapskist beschikken.” TKI Bouw en Techniek heeft door de verankering in het topsectoren- en innovatiebeleid een directe koppeling met het beleid van de ministeries van Infrastructuur en Waterstaat, Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Economische Zaken.

Over TKI Bouw en Techniek

TKI Bouw en Techniek heeft als doel om in 2050 te komen tot een toekomstbestendige gebouwde omgeving. Opgavegericht innoveren staat centraal met aandacht voor de praktijk, scholing en een cultuuromslag. TKI Bouw en Techniek richt zich op drie Meerjarig Missiegedreven Innovatieprogramma’s:

  1. Circulaire bouw en infrastructuur
    Dit programma zet in op innovatie in nieuwe ontwerpstrategieën en -processen voor circulair onderhoud, reparatie, volhoudbaarheid, modulariteit, aanpasbaarheid en demonteerbaarheid op verschillende schaalniveaus; van product-, component-, en gebouwniveau tot stedenbouw. Speciale aandacht gaat uit naar de kansen die digitalisering en industrialisatie bieden.
  2. Levensduurverlenging Gebouwde Omgeving
    Door de ontwikkeling van geautomatiseerde data- en inspectietechnieken, datagedreven reststerkte- en voorspellingsmodellen, digital twins en de toepassing van nieuwe, circulaire materialen en reparatietechnieken wordt bijgedragen aan het optimaal instandhouden, aanpassen en benutten van bestaande gebouwen en civiele droge infrastructuur.
  3. Klimaatadaptief, natuurinclusief en omgevingsbewust bouwen
    Innovaties binnen dit programma richten zich onder andere op gebiedsgerichte, klimaatrobuuste en natuurinclusieve ontwerpmethodieken, (lokale) oplossingen tegen wateroverlast en hittestress, emissiereducerende bouw- en onderhoudsmethodes en nieuwe vormen van ketensamenwerking om dit mogelijk te maken.

Deze programma’s worden opgezet en uitgevoerd vanuit de samenwerking tussen het bedrijfsleven, kennisinstellingen, overheden en gebruikers. Uiteraard wordt alle opgedane kennis gedeeld. TKI Bouw en Techniek werkt daarbij nauw samen met TKI Urban Energy, dat zich vooral richt op verduurzaming van bestaande bouw en zonne-energie, en met andere TKI’s op het gebied van cross-over thema’s zoals digitalisering, industrialisering en human capital.

Over het BTIC

In 2019 is het Bouw en Techniek Innovatiecentrum vanuit De Bouwagenda ontstaan als publiek-private samenwerking tussen drie overheden, drie brancheverenigingen en drie kennisinstellingen. Het doel was om innovatie in de sector te versnellen. De afgelopen jaren heeft de werkwijze van open innovatie binnen consortia van het BTIC zichzelf bewezen. Met de markt, kennisinstellingen en de overheid gezamenlijk wordt programmatisch gewerkt aan de benodigde innovaties waarmee we de grote maatschappelijke uitdagingen aanpakken. Dat wordt nu voortgezet in de TKI Bouw en Techniek.

Nieuwsbrief

* verplicht

TKI Bouw en Techniek is het Topconsortium voor Kennis en Innovatie in bouwontwerp, bouw en bouwtechniek gericht op een toekomstbestendige gebouwde omgeving.

TKI Bouw en Techniek werkt aan drie meerjarig missiegedreven innovatieprogramma’s: Circulaire bouw en infrastructuur, Levensduurverlenging gebouwen en omgeving en Klimaatadaptief, natuurinclusief en omgevingsbewust bouwen. Samen met andere TKI’s werken wij aan de doorsnijdende thema’s digitalisering, industrialisering en human capital.