P5 – Modulaire hoogbouw
De woningbouw in Nederland moet sneller, goedkoper en schoner. Beloftes die geïndustrialiseerde prefab-bouw kan waarmaken. Met hoogbouw wordt gelijk het moeilijkste segment onderzocht. Ook een uniforme tenderuitvraag vanuit de G4-gemeenten moet vertrouwen geven aan de markt om te investeren in nieuwe biobased prefab-bouwsystemen. Maar hoe pak je dat aan?
‘We willen in Nederland een boost geven aan de markt voor industriële modulaire prefab-hoogbouw met lage emissies’, vertelt Ton Jansen van het Amsterdam Institute for Advanced Metropolitan Solutions, en penvoerder voor deelproject P5. ‘Als de koplopers en kennisinstellingen aantonen dat het betaalbaar kan en als de gemeenten vertrouwen geven via een eenduidige tenderuitvraag, dan moet dit de broodnodige materiaaltransitie in gang zetten.’ Een einddoel is dat na het voorbeeld van de G4 ook de andere gemeenten volgen en dat er bewijs komt, zodat ook het Bouwbesluit hierop zal aansluiten.
Met hoogbouw is het toch al moeizamer om aan milieunormering te voldoen, omdat alles zwaarder moet worden uitgevoerd. ‘Dat betekent meer beton, meer staal. Dus die duurzaamheidsnormering vormt, zeker met de aanscherping die eraan zit te komen, best een groot knelpunt. Door hoogbouw als uitgangspunt te nemen voor dit project, weten we zeker dat het voor laagbouw ook mogelijk wordt.’
Jansen benadrukt dat P5 naast academisch ook vooral praktisch is. LEVS, VGG en Witteveen+Bos hebben samen met het ingenieursbureau van Amsterdam een open-source-doorrekentool gemaakt die de effecten van de stap van traditioneel naar biobased bouwen eenvoudig doorrekent. Daarbij is breed gekeken naar alle aspecten van de materiaaltransitie: welke effecten heeft de overstap van traditionele naar biobased materialen op BENG, MPG, emissies en kosten?
‘Deze tool is een mooi en tastbaar resultaat van dit deelproject’, merkt Jansen op. ‘Het is open source, dus vrij te gebruiken door beleidsmakers en marktpartijen die globaal inzicht willen krijgen in de toepassing van biobased materialen en de gevolgen voor BENG, MPG, CO2-emissies en ontwikkelingskosten. Zodat je in de schetsfase een goede afweging kan maken.’
Voor de materiaaltransitie is het belangrijk dat er voldoende beschikbaarheid is van biobased materialen. Jansen: ‘WUR heeft onderzocht welke materialen lokaal geproduceerd kunnen worden. Vervolgens is dit naast de bouwvraag gelegd voor biobased bouwen. Daarnaast heeft de TU Delft een inventarisatie gemaakt van de beschikbare prefab-bouwsystemen. De TU Delft en de HvA nemen daarbij de emissieloze strategieën mee voor de bouwlogistiek in de stap naar geïndustrialiseerde prefab-bouw. Daarbij kijken we hoe je bijvoorbeeld met bouwhubs en zero-emission-materieel de luchtkwaliteit, gezondheid, veiligheid en emissies kunt verbeteren op de bouwplaats en tijdens het transport.’ Al deze inzichten zullen eind dit jaar resulteren in een complete lijst met aanbevelingen om samen met de G4 te verwerken in een pilot-tender in 2024.
Jansen: ‘Zo willen we ervoor zorgen dat het in alle tenderuitvragen mogelijk is om te sturen met het nieuwe normaal van Cirkelstad. In eerste instantie voor de G4 en hopelijk daarna met de G40.’ Doel is versnelling en vereenvoudiging van tenderprocessen door standaardisatie, zodat prefab bouwen mogelijk wordt en kostenoptimalisatie via de doorrekentool zichtbaar wordt. Jansen: ‘Straks heb je als gemeente de keus uit een aantal prefab-basisconcepten, die allemaal al aan BENG- en MPG-richtlijnen voldoen. Dat scheelt enorm veel tijd. Tegelijkertijd geven beleidsmakers zo ook richting aan de markt, die op basis van de richtlijnen geïndustrialiseerde producten kan ontwikkelen, tegen dezelfde prijs indien in de schetsfase de uitgangspunten gelijk goed zijn opgezet. Dit deelproject heeft laten zien dat het anders kan, hoe we met deze aanpak op korte termijn de bouw kunnen vlottrekken en sneller prefab kunnen bouwen. Er is geen tijd te verliezen.’ De hoogbouw is nu klaar voor de nieuwe MPG- en CO2-eisen die gesteld gaan worden door het Rijk.
‘Straks heb je als ontwikkelaar de keus uit een aantal duurzame basisconcepten om aan de hoogste duurzaamheidsrichtlijnen te voldoen. Dat scheelt enorm veel tijd’
We willen een boost geven aan de markt voor industriële modulaire emissiearme prefab voor (hoog)bouw in Nederland. Als uniformiteit, meetbaarheid, vraag en aanbod wordt samengebracht met innovatie, kan de markt hierop inspelen. Daarom is het einddoel van dit project om aan de markt te laten zien dat duurzame hoogbouw mogelijk is, en aan de gemeenten hoe hierop in tenders gestuurd kan worden. De hoop is dat het ook in het Bouwbesluit en bij renovaties zal doorwerken. Ook is er een rekentool ontwikkeld waarmee ontwikkelingen met verschillende materialen kunnen worden doorgerekend op kosten, emissies en bouwnormen.